Eieren zonder nest
Je kent het wel, je wil iets gedaan krijgen en doet je uiterste best om je verzoek zo zorgvuldig mogelijk te formuleren, zodat de ontvanger sneller geneigd is om in te stemmen. Twee Oldebroeker boeren proberen in 1929 op een originele wijze hun plan onder de aandacht te brengen bij de gemeenteraad.

In SuperNoVA kijken we naar een archiefstuk uit onze collectie. Ben je benieuwd naar de archieven die het Noord-Veluws Archief beheert? Kijk dan eens verder op www.noordveluwsarchief.nl!
In het archief van het gemeentebestuur van Oldebroek zit een bijzondere brief. Twee heren, te weten Immeker en Van Meulen, verzoeken op 15 oktober 1929 de gemeenteraad om na te denken over het verbeteren van de eiermarkt. Ze willen duidelijk de aandacht trekken en opvallen tussen de andere verzoeken die bij de raad binnen komen. Het verzoek is namelijk in een bijzondere vorm gegoten: een gedicht.
De eiermarkt van Oldebroek bestond in 1929 nog niet zo lang. De eerste editie van de “eier- en pluimveemarkt” vond plaats op 3 mei 1922. Op het gebied rond de Lambertuskerk werden eierkisten, schragen en planken geplaatst waarop verkopers hun eiermanden konden uitstallen. Zo’n 29.700 eieren werden aangeboden, voor prijzen variërend van 6 tot 6,75 gulden per 100 eieren. De markt groeide flink door. Een jaar later werden er al 51.200 eieren verhandeld op de markt. Het groeiende aanbod zorgde ook voor een daling van de prijzen, men moest immers tegen concurrenten op kunnen. Eieren kostten toen per honderd stuks tussen de 4,90 en 5,40 gulden.

“Toen voor en’k’le jaren de markt werd opgericht
Kwam daardoor in Oldebroek wat leven.
Ofschoon wel bijna iedereen dacht bij zich
Dat zal hierzoo niet veel geven
Maar… nauwlijks was de markt aan de gang,
Of de kramen waren er spoedig bij
Toen was de Raad niet meer zoo bang
Het drong zelfs de andre markt op zij.”
De markt liep zo goed, vonden de briefschrijvers, dat er wel uitbreiding kon komen. Sterker nog, dit was essentieel voor het goed functioneren van de markt. Ze verzochten de gemeenteraad om een eierhal te bouwen, zodat de handelaren in de winter niet meer in de kou hoefden te staan. Of, in hun eigen woorden:
“En door al dat mooie en goede werk
Is men teleurgesteld, en denken zij
Als ze op het plein staan bij de kerk
Een eierhal moet er hier nog bij
Want niemand staat er nog op zijn gemak
Door koude sneeuw en regen
Is besschutting noodig met een dak
Daarom valt het op de markt zoo tegen.”
Op zich geen gekke vraag, andere plaatsen zoals Epe, Harderwijk en Ermelo hadden al zo’n eierhal. Om hun verzoek kracht bij te zetten voegden de schrijvers ook een tekening bij voor hoe de eierhal er eventueel uit zou kunnen komen te zien. Misschien hoopten ze dat de gemeenteraad dan sneller zou instemmen met hun plan, ze hadden een deel van het werk inmiddels alvast gedaan.


Helaas is hun harde werk tevergeefs. Twee weken nadat ze hun verzoek hebben ingediend volgt het antwoord:
“Naar aanleiding van uw verzoek in dichtvorm betrekking
hebbende op de eiermarkt te Oldebroek, deelen wij U mede
dat wij daarin geen aanleiding kunnen vinden om voorstellen
ter zake aan den Raad te doen.
Burgemeester en Wethouders van Oldebroek”
Was al die moeite dan voor niks? Misschien niet. In de jaren ’30 bouwde de gemeente tóch een eierhal, op de inmiddels nieuwe locatie van de markt, bij het tramstation. De markt groeide verder en er werden inmiddels ook andere handels- en etenswaren verkocht zoals kaas, lappen en klompen. Of het verzoek van Immeker en Van Meulen toch een zaadje heeft gepland zal een raadsel blijven.
De eiermarkt heeft tenminste tot 1940 bestaan. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het marktterrein door de bezetter vernield. In 1949 werden er plannen gemaakt om de markt weer op te bouwen, maar er bleek nog maar weinig animo voor te zijn. Eierhandelaren gingen inmiddels zelf langs de boeren en hadden geen behoefte meer aan een centrale plek.
Gedicht in het echt bekijken?
Het gedicht in het echt bekijken? Je kan het inzien op de studiezaal in Oldebroek, Toegang 2004 – Gemeentebestuur Oldebroek, 1919-1939, inventarisnummer 251. Reserveer vooraf je bezoek.
© Noord-Veluws Archief
Ontwerp & sitebeheer door DE REE in samenwerking met ForYou B.V. en Best4U