Hoofdelijke omslag
Belastingen, vroeg of laat krijgen we er allemaal mee te maken. Een blauwe brief op de mat, de jaarlijkse belastingaangifte. Vroeger was het belastingsysteem heel anders geregeld dan nu.

In SuperNoVA kijken we naar een archiefstuk uit onze collectie. Ben je benieuwd naar de archieven die het Noord-Veluws Archief beheert? Kijk dan eens verder op www.noordveluwsarchief.nl!
Onze vrijwilligers werken hard aan het nog verder toegankelijk maken van onze collectie. Daarvoor zijn ze bezig met verschillende projecten, zoals bijvoorbeeld het transcriberen van de stukken omtrent de watersnoodramp van 1825.
In Nunspeet is vrijwilligster Cora al een tijdje bezig met het invoeren van de kohieren van de hoofdelijke omslag. Dat riep de vraag op: wat is dat eigenlijk en hoe werd die indeling gemaakt?
Structuur in belastinginning
Tot het begin van de negentiende eeuw werd er in Nederland op verschillende manieren belasting geïnd. De manier waarop verschilde vaak per dorp en nam diverse vormen aan. Zo kon er belasting worden geheven op levensmiddelen (accijnzen), maar ook op vee, trouwen en begraven, of het aantal deuren of vensters in iemands huis.

Belastingen, vroeg of laat krijgen we er allemaal mee te maken. Een blauwe brief op de mat, de jaarlijkse belastingaangifte
Tijdens de Franse Tijd (1794-1814) maakte Nederland een sprong in centralisatie door. Niet alleen werd de Burgerlijke Stand ingevoerd, maar ook de dienstplicht, het Kadaster en verplichte achternamen, en zelfs de Belastingdienst. In 1805 werd een belastingstelsel ingevoerd dat voor het hele land zou gaan gelden. Het belastingstelsel hield voor het eerst rekening met de draagkracht van de betaler. Rijkere personen gingen meer belasting betalen dan armere.
Indeling op “uiterlijke kenmerken”

Een belangrijk onderdeel van dit nieuwe belastingstelsel was de hoofdelijke omslag, een belasting die werd geheven per persoon op basis van vertoonde welstand. In de kohieren werden per jaar de namen van de personen opgeschreven met hun beroep en woonplaats.
Iedereen werd ingedeeld in één van de twintig klassen. De personen in de eerste klasse betaalden ƒ 0,60 cent belasting, die in de tweede ƒ1,20, de derde ƒ1,80, enzovoort. De personen die waren ingedeeld in de twintigste klasse betaalden ƒ84,00. Dat waren dan ook niet veel mensen. In 1823 was er zelfs niemand ingedeeld in die klasse. Het grootste deel van de mensen was ingedeeld in klasse 1 of 2.
In welke klasse je werd ingedeeld, en dus de hoogte van de te betalen belasting, werd bepaald op basis van “vermoede welvaart” en niet op inkomen. Later werd ook dit systeem gereguleerd, maar aan het begin werd deze inschatting gemaakt puur op “uiterlijke kenmerken”. Niet van de persoon, maar van zijn bezittingen. Hieronder vielen onder andere dingen als de waarde van de woning, het aantal deuren en vensters, de inventaris, het aantal paarden en het aantal dienstboden.
Verschillen tussen klassen
Zo kan het voorkomen dat mensen met hetzelfde beroep in een andere klasse terecht komen. In de classificatie-rol van 1823 zijn beroepen als daghuurder, dienstmeid en boerenzoon in de eerste klas terug te vinden, maar ook in de tweede en derde. In de hogere klassen komen vaker beroepen voor als onderwijzer, landbouwer, herbergier of predikant. In de vijftiende klasse staat een notaris genoteerd, en in klasse zeventien een lid van de Staten-Generaal.
Om ingeschreven te worden in dit belastingsysteem hoefde je overigens niet woonachtig te zijn in de plaats waar de belasting werd geheven. In 1823 wordt, in klasse negentien, bijvoorbeeld ene Anthoni Peter Jan Westervelt vermeld, zonder beroep, met als woonplaats Zwolle. Waarschijnlijk bezat deze meneer Westervelt veel grond in de gemeente Ermelo, waarover de belasting werd geheven. Onder andere Kasteel Essenburgh was in zijn bezit.

De classificatie-rollen van de hoofdelijke omslag zijn dankzij deze informatie ook een nuttige bron bij het doen van stamboomonderzoek. Het vertelt veel over de beroepen die de personen hebben gehad en hoe welvarend zij waren. Classificatie-rollen uit verschillende jaren kunnen met elkaar worden vergeleken om een overzicht van iemands leven samen te stellen.
Zelf een kijkje nemen
Zelf een kijkje nemen in de kohieren van de hoofdelijke omslag? Transcriptie van het eerste deel zijn te vinden op onze website: Toegang 4001 Gemeentebestuur Ermelo 1796-1912, inventarisnummers 1033 tot 1052. Klik bij Nadere toegang op “Inzien”. Liever de fysieke exemplaren bekijken? Je kan ze inzien in de studiezaal in Nunspeet. Reserveer hier je bezoek.
Meer informatie
© Noord-Veluws Archief
Ontwerp & sitebeheer door DE REE in samenwerking met ForYou B.V. en Best4U